Historisch besef: Problemen met buitenlanders
12 februari 2005 11:18
Verslaggever: Steven
Ondanks een schare aan vooral buitenlandse ?versterkingen? wordt direct na de winterstop duidelijk dat de Feyenoord-supporters geen spectaculaire inhaalrace naar de titel hoeven te verwachten. Feyenoord verliest thuis met 1-2 van Vitesse, waarna Ruud Gullit legendarische woorden spreekt: ?Ik ben niet te benijden.? Nu is Gullit niet iemand die in het verleden leeft, maar een blik daarin leert dat de huidige vierde plaats nog alleszins meevalt.
Als er iemand wel te benijden is geweest, dan toch zeker Wim Jansen in 1991. De Zweedse kampioenenmaker Gunder Bengtsson heeft Feyenoord naar een vaste positie in het rechterrijtje geleid en wordt ontslagen. Slechter kan bijna niet als Mister Feyenoord (of is dat Coen Moulijn?) op 10 maart 1991 zijn trainersdebuut maakt in de thuiswedstrijd tegen Willem II. Misschien wel de beste beslissing die Jorien van den Herik ooit heeft genomen bij Feyenoord.
Direct resultaat blijft echter uit. Mede omdat Jansen de regels niet goed kent. Hij stelt in de tweede helft drie buitenlanders op, terwijl er in die tijd slechts twee zijn toegestaan. De wissel kan niet meer worden teruggedraaid, waarna Feyenoord met tien man verder moet. Het gevolg : een 0-1 nederlaag en een degradatiezone die nadert. Het zou allemaal goedkomen.
Veertien jaar en een Bosman-arrest later. Feyenoord start met slechts drie Nederlanders in de basis tegen De Graafschap. Een heel ander Buitenlander-probleem doemt op. Hoe zorg ik ervoor dat vier verdedigers en een doelman met verschillende nationaliteiten dezelfde taal spreken? Want dat voetbaltaal niet universeel is, blijkt vooralsnog uit de dode spelmomenten in de buurt van het Feyenoord strafschopgebied.