COLUMN: Terugblik op Marbella
14 januari 2019 08:30
Beste Feyenoord-vrienden,
Het trainingskamp in het Spaanse Marbella zit er weer op. Trainers en spelers kunnen wat de beide oefenduels betreft met een redelijk positief gevoel terugkijken op het winterverblijf aan de Costa del Sol. Tegen de koploper van de Bundesliga werd een nipte 1-2 nederlaag geleden en het twee afdelingen (3. Bundesliga) lager spelende Karlsruher SC werd met 4-2 terug gewezen. Natuurlijk moet niet al te veel waarde worden gehecht aan dit soort wedstrijdjes om des keizers baard, maar het ging dus wel om twee Duitse ploegen waarvan de hoogst geklasseerde momenteel de Bundesliga aanvoert. En derhalve hoger gerankt staat dan het onvolprezen Bayern München. Borussia Dortmund, de tegenstander van de historische finale van 8 mei 2002. Twee dagen na de politieke moord op Pim Fortuyn. Ook toen stond Borussia aan kop en werd even later zelfs kampioen van Duitsland en het was destijds dan ook een geduchte tegenstander in de finale van het UEFA Cuptoernooi 2001-2002. Met onder meer Koller en Kohler in de ploeg.
https://www.youtube.com/watch?v=faJmUOmLrmQ
Er waren echter drie factoren welke in die finale in het voordeel van Feyenoord werkten. Ten eerste was er het relatieve thuisvoordeel, al kregen beide finalisten uiteraard wel hetzelfde aantal toegangskaarten toegewezen. Maar psychologisch werkte het spelen in de eigen Kuip ongetwijfeld in het voordeel van Feyenoord. En ten tweede had Feyenoord het geluk dat de 105 maal het trotse shirt van “die Mannschaft” dragende sterspeler Jürgen Kohler al betrekkelijk vroeg in de wedstrijd rood kreeg, zodat Feyenoord tot en met het laatste fluitsignaal over een numerieke meerderheid kon beschikken.
Maar de derde en meest doorslaggevende factor was ongetwijfeld het absolute topfenomeen dat destijds in Feyenoord een glansrol vervulde. Die in de roemruchte clubgeschiedenis van ons dierbare Feyenoord als een van de zeldzame centrumspitsen de legendarische Ove Kindvall naar de kroon stak. Voor wie een vrije trap van buiten de zestien nagenoeg gelijk stond met een penalty. Die alsdan de bal meestal met de dodelijke rechterbeen in de voor hem linker hoek schoot. Die de vrije trappen beter nam dan Cristiano Ronaldo. Op dat moment misschien wel de beste vrije trappen specialist in en van Europa. Zijn naam luidde Pierre van Hooijdonk. Het was Pi-air die op die onvergetelijke avond in De Kuip de doorslag gaf. Die het verschil maakte. Eerst een vrije trap “onhoudbaar”tegen de voor hem linker paal, toen een penalty in de linker hoek en negen minuten later een vrije trap die als een raket in diezelfde hoek sloeg.
https://www.youtube.com/watch?v=CdNC0ygoDA4
Natuurlijk kon “die lange” uit West-Brabant het ook niet in zijn eentje. Zo maakte de geweldige Deense spits Jon Dahl Tomasson op uiterst beheerste wijze de derde en uiteindelijk beslissende goal. Jan Koller zou de achterstand nog wel weer op sublieme wijze verkleinen, maar verder kwam de topploeg uit de Duitse Kohlenpott gelukkig niet meer.
Sindsdien is er veel veranderd in de internationale verhoudingen. Dat proces van neergang voor ons nationale clubvoetbal was voordien al geruime tijd aan de gang. Sinds het Bosman-arrest van 15 december 1995 dat erop neer kwam dat voor spelers wier contract afliep geen transfersom meer kon worden bedongen. Daarmee verschoof de machtspositie in het betaalde voetbal nadrukkelijk van de clubs naar de spelers. Feyenoord kan zich er nog altijd op beroepen als enige Nederlandse club een Europacup te hebben gewonnen na dat vermaledijde Bosman-arrest van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, waarin veel te weinig rekening werd gehouden met de bijzondere positie van betaald voetbal in het private arbeidsrecht.
We kopen echter niets meer voor die speciale eer, want ten opzichte van PSV en Ajax zijn we dit seizoen weer helemaal terug bij af. Bekleedt Feyenoord op de ranglijst qua machtsverhoudingen in Nederland weer een positie vergelijkbaar met de tweede helft van de jaren zeventig, de hele jaren tachtig met uitzondering van 1980 en 1984, alsmede met heel veel jaren in deze eeuw, met name van 2003 tot en met 2015. In die laatstgenoemde periode van dertien jaren won Feyenoord slechts 1 keer en mede dankzij gunstige lotingen de KNVB-beker (in 2008 met peperduur ingekochte spelers). Dat zijn palmares de nationale Wereldbekerprimeurhouder, alsmede de eerste en laatste Nederlandse Europacupwinnaar, volkomen onwaardig.
Het Legioen verwerkt deze gedevalueerde positie vooralsnog redelijk gelaten. Gezien de afgelopen decennia is men ook wel wat gewend natuurlijk. De clubleiding klampt zich nu vooral vast aan het nieuwe stadion dat er moet komen. Een in kille cijfers knetter dure toekomstdroom waarvan we moeten hopen dat het achteraf geen fata morgana blijkt te zijn. Een molensteen waarmee ons dierbare Feyenoord ergens in de eenentwintigste eeuw financieel ten onder zal gaan. Ik ben altijd wel voorstander van een nieuw stadion geweest, maar hoopte daarbij wel dat vanuit een riantere “bedrijfseconomische” positie van de afdeling betaald voetbal van Feyenoord naar dat Beloofde Land zou kunnen worden toegewerkt. Bijvoorbeeld met een vette bankrekening en met een spelerscollectief dat op de balans een kapitaal zou vertegenwoordigen waarover men bijvoorbeeld in de residentieloze hoofdstad momenteel kan beschikken. Al was het maar de helft van die beide bedragen.
Maar we zijn pas een paar jaar uit de rode cijfers. We komen van heel ver. Waren op de goede weg, zowel sportief met vijf prijzen in vier seizoenen als financieel. Maar nu dreigen we vast te lopen als serieuze concurrent voor Eindhoven en Amsterdam. Hoe het nu verder moet, welke trainer bijvoorbeeld de toch niet meer geheel schadevrije Giovanni zou moeten opvolgen, ook clubicoon Willem van Hanegem kon er gisteren bij Harry Mens in Business Class geen zinnig antwoord op geven. De Kromme vergiste zich trouwens door op te merken dat Feyenoord de beker in vijf wedstrijden kan winnen en die prijs daarom al jaren de enig haalbare optie voor zijn club is. Dat zijn tegenwoordig dus zes wedstrijden Willem, waarvan we er nu drie hebben gespeeld (Gemert, ADO Den Haag en FC Utrecht) en waarvan die tegen Fortuna Sittard in de kwartfinale de vierde wordt. Maar voor het overige doet dat gecorrigeerde feit niets af aan de verder terechte constatering van een van Feyenoords beste voetballers aller tijden. Het is een prijs welke door die relatief frequent te winnen veel verdoezeld van ons verloren gegane terrein sinds wij ons op 9 september 1970 voor even de beste van de wereld mochten noemen. Niet alleen internationaal, maar ook nationaal. Want in de bijna halve eeuw nadien werden we nog slechts zes maal landskampioen.
ForLife en ForEver
Rood-wit-zwart
Feyenoord-hart